In veel organisaties is de samenwerking tussen de medezeggenschapsraad, ondernemingsraad en Raad van Toezicht een uitdaging. Bij Blosse laten we zien dat het ook anders kan: het CvB, de Blosseraad en de Raad van Toezicht werken nauw én vanzelfsprekend samen – als een goed op elkaar ingespeeld team.
Tijd om een afvaardiging van deze gremia te vragen hoe zij dat dan doen! Miranda Seton en Erik Sanders van de Blosseraad en Margit Bouma uit de Raad van Toezicht, vertellen.
Miranda Seton is manager kinderopvang en zit namens de medewerkers opvang in de Blosseraad. “We komen maandelijks bijeen met de complete groep van twintig leden, maar ik zit ook in het dagelijks bestuur van de Blosseraad - dat is een groepje van vijf. Elke donderdag zijn wij bereikbaar op het servicebureau voor medewerkers en ouders. Daarnaast zetten we informatie over beleidsstukken alvast op een rijtje voor de vergaderingen met de volledige Blosseraad.”
Een van de ouders in de Blosseraad is Erik Sanders. Hij heeft twee kinderen op de Radboud in Heiloo en binnenkort gaat zijn derde daar ook naar school. “Als ouder vind ik het waardevol om inzicht te krijgen in wat er achter de schermen bij Blosse gebeurt. Het is interessant om te zien welke stukken het CvB voorlegt en wat de uitwerking is zodra het beleid is ingevoerd.”
Want, vult Miranda aan, de Blosseraad heeft Adviesrecht, Instemmingsrecht en Initiatiefrecht. “Het College van Bestuur klopt regelmatig bij ons aan voor advies. Wij vergaderen over de ideeën, leggen ons advies aan Remco en Jeanette voor en vervolgens bouwen zij het plan uit tot een stuk waarmee zij ons instemmingsrecht aanspreken. Dan beslist Blosseraad of een voorstel uitgevoerd mag worden. “Op deze manier zijn alle partijen binnen Blosse, ouders, medewerkers en indirect alle kinderen - van zowel opvang als onderwijs - vertegenwoordigd bij besluitvorming over het beleid.”
En wat is het initiatiefrecht dan? “Dat kunnen we als Blosseraad aanspreken als we zelf een idee hebben”, licht Erik toe. “Als we geluiden horen bij ouders of medewerkers over een bepaald onderwerp, kunnen wij een beleidsstuk indienen bij het CvB.”
De Raad van Toezicht is sparringpartner, toezichthouder, werkgever en ambassadeur in één, vertelt Margit. “We werken vanuit het principe‘ waardegericht toezicht’. We toetsen het beleid niet alleen op wat meetbaar is, maar ook op wat merkbaar is voor de kinderen, het personeel en de ouders. Daarbij kijken we vanuit nieuwsgierigheid naar de ‘Waarom?’ van elk nieuw beleidsstuk. Als sparringpartner adviseren we het CvB en toetsen vervolgens het beleid aan de hand van de maatschappelijke opdracht en kernwaarden van Blosse. In de praktijk komt het erop neer dat we vooral héél veel vragen stellen.”
“Dit werkt heel goed, omdat Remco en Jeanette zowel de RvT als de Blosseraad meenemen in waar zij als beleidsmakers mee bezig zijn”, vervolgt Margit. “Het CvB zorgt dat ze beide raden goed op de hoogte houdt van ontwikkelingen, zodat we niet voor verrassingen komen te staan.”
Ook de Blosseraad en RvT zijn nauw met elkaar verbonden door aan te sluiten bij elkaars vergaderingen, vult Miranda aan. “Deze driehoek werkt heel prettig. Ik heb nooit het gevoel gehad dat er dingen uit de hoge hoed kwamen of dat ik dingen niet mocht vragen.” Erik besluit: “Dankzij deze korte lijntjes tussen de drie organen kunnen we werken vanuit vertrouwen om opvang en onderwijs bij Blosse te blijven ontwikkelen.”
De route van het beleid: van CvB naar RvT
Het beleid van Blosse, dat gaat over de kwaliteit van opvangen onderwijs, wordt gevormd door het College van Bestuur (Jeanette de Jong en Remco Prast). Plannen, ideeën, aanpassingen en nieuwe koersen - of die nu invloed hebben op de kinderen, medewerkers, ouders of een combinatie hiervan- pitchen zij bij de Blosseraad.
De Blosseraad bestaat uit drie raden die zijn samengevoegd: de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR), de centrale cliëntenraad (CCR) en de ondernemingsraad (OR). De GMR heeft vijf zetels voor ouders met kinderen binnen het onderwijs van Blosse en vijf zetels voor medewerkers in het onderwijs. De CCR vertegenwoordigt met vijf zetels de ouders van kinderen bij een Blosse-opvanglocatie. De OR vertegenwoordigt, ook met vijf zetels, de medewerkers die bij opvang werken. Kortom: twintig zetels in totaal.
Zodra de Blosseraad beleidsstukken goedkeurt, wordt het beleid gerealiseerd. De Raad van Toezicht, bestaande uit zeven leden met verschillende functies, is vervolgens verantwoordelijk om erop toe te zien dat het beleid wordt uitgevoerd zoals afgesproken. Daarnaast houdt de RvT de begroting van ieder schooljaar in de gaten.
